De kleur wener.
Het land van oorsprong is Oostenrijk. De wener is voor het eerst in 1907 in Nederland erkend.
Positie | Onderdeel | Punten |
1. | Gewicht | 10 |
2. | Type, bouw, benen en stelling | 20 |
3. | Pels en pelsconditie | 20 |
4. | Kop en oren | 15 |
5. | Dek- en buikkleur | 15 |
6. | Tussen- en grondkleur | 15 |
7. | Lichaamsconditie en verzorging | 5 |
Totaal | 100 |
1. Gewicht.
Het gewicht van de wener ligt tussen 3,25 en 5,25 kilo. De puntenschaal is als volgt:
Gewicht in kilo | 3.25-3.75 | >3.75-4.25 | >4.25-5.25 |
Punten | 8 | 9 | 10 |
2. Type, bouw, benen en stelling.
Het type is walsvormig en breed in schouders en achterhand. Van bovenaf gezien vormt het een rechthoek (walsvormig type). De benen zijn stevig en normaal van lengte. Het ras is middelhoog gesteld. Bij overjarige vrouwelijke dieren is een geringe wamaanzet of halskraagje toegestaan.
3. Pels en pelsconditie.
De pels is van normale lengte, zeer dicht ingeplant en rijk aan onderhaar. De pels is stevig van structuur en moet goed aanliggen. De grannenharen mogen niet teveel boven het dekhaar uitsteken. Ideaal is een pels die geheel goed doorgehaard is en zonder dunne of kale plekken. De pels moet goed aanliggend en glanzen. De pels is verder vrij van vuil en klitten.
4. Kop en oren.
De kop is krachtig ontwikkeld met breed voorhoofd en brede snuit. De kaken en wangen zijn sterk ontwikkeld. Het neusbeen is iets gebogen. De oren zijn vlezig van structuur, relatief breed, goed behaard en met lepelvormig afgeronde oortoppen. De oren worden V-vormig gedragen en hebben een open oorvorm. De oorlengte is 9-14,5 cm, ideaal is 11-13 cm. Het geheel in harmonie met het lichaam.
5. Dek- en buikkleur.
Erkend in: haaskleur, konijngrijs, ijzergrauw, blauwgrijs, blauwgrauw, zwart en blauw. Voorlopig erkend in haaswildkleur (t/m 31 maart 2024).
In het keuzemenu kunt u de volledig omschrijvingen van de erkende kleuren vinden.
6. Tussen- en grondkleur.
In het keuzemenu kunt u de volledig omschrijvingen van de erkende kleuren vinden.
7. Lichaamsconditie en verzorging.
Tijdens een tentoonstelling of keuring dient het konijn in zijn beste conditie aanwezig te zijn. Het lichaam is goed bevleesd en gespierd en voelt hard aan. Slappe, magere of te vette dieren zijn ongewenst. De nagels zijn regelmatig en evenwijdig met het loopvlak geknipt, zonder het "leven" te raken. Ook de duimnagels zijn geknipt. Het gehele dier, met name de pels, de voetzolen, de nagels, binnenzijde van de oren, de geslachtsdelen en rondom de anus moet schoon zijn. De pels is vrij van klitten. De ogen zijn helder en tintelen van levenslust. Een dier dat aan een keuring mee doet, dient goed getraind te zijn, zodat de aanwezig rasadel door een goede stelling wordt getoond.
Voor lichte en zware fouten het ras betreffende kunt u de digitale standaard op de website van KLN raadplegen.